Ik ben de trotse bezitter van negen Spartashirts. De mooiste is een wedstrijdshirt uit 1988 of 1989 met rugnummer 16. Gedragen door een wisselspeler. Rob Eger, Ron Luijten, Ben Spork, die categorie. Op de voorkant staat Dixons, ooit een landelijk opererende electronicaketen.
Verder heb ik één shirt met de D&S-groep als sponsor, twee met het bekende incassobureau Graydon, twee met het minder bekende beveiligingsbedrijf Aegis en drie exemplaren met De Goudse Verzekeringen: twee varianten met een inktvlek en het prachtige ‘Ode aan de Nacht’-shirt van eerder dit seizoen.
In 1982 werd de Efteling de eerste shirtsponsor van Sparta. Daarna volgde een bonte stoet ondernemingen. Computermakers, softwareleveranciers, een keukenboer, een uitzendbureau met een website in het Pools en Roemeens, een groothandel in toiletpapier. Grote bedrijven en niet zo grote. Een bekend automerk, maar ook de lokale makelaar. Allemaal verdienen ze lof en dank voor het sponsoren van Sparta. Het geld van de shirtsponsor vormt een belangrijk deel van de Spartaanse inkomsten.
Momenteel is De Goudse bezig aan de tweede periode als hoofdsponsor. De verzekeraar stond ook van 1996 tot 2002 op het shirt en is Sparta sindsdien altijd blijven sponsoren. De commerciële afdeling van Sparta hoefde niet ver te zoeken naar de huidige hoofdsponsor.
Die commerciële afdeling staat onder leiding van Dave van der Meer. Van der Meer werkt al vijftien jaar bij Sparta op commerciële zaken, eerst bijna zeven jaar als medewerker en nu al dik acht als commercieel manager.
Onlangs was Van der Meer te gast bij de Sparta-podcast van Rijnmond. Hij maakte daar geen geweldige beurt. Om te beginnen had hij de vervelende gewoonte om Sparta steevast Sparta Rotterdam te noemen. Alsof Dave bang was dat de luisteraar dacht dat hij het over Sparta Nijkerk of Sparta Praag had. Ja, Sparta Rotterdam is de formele naam, maar behalve in spreekkoren plakt geen supporter dat Rotterdam achter Sparta.
In de podcast werd Van der Meer gevraagd waarom Sparta niet met een, met alle respect voor De Goudse, A-merk op de borst speelt. Van der Meer antwoordde dat Sparta (‘Rotterdam’) te klein is voor een landelijk bekend merk. Dat hadden de Efteling, Renault en Centric dus helemaal verkeerd gezien.
Van der Meer gaf aan dat hij zoekt naar kleinere bedrijven die willen groeien en dat hij niet actief grote ondernemingen benadert. Die pasten minder goed bij Sparta. Dat kun je uitleggen als realisme, maar het is ook een gebrek aan ambitie. Dave vindt Sparta te klein voor een A-merk, maar Sparta is niet te klein, Dave denkt te klein.
In een vorig leven was Dave van der Meer profvoetballer. Hij was linksback, vooral bij Sparta. Van der Meer doet zijn werk als commercieel manager, zoals hij voetbalde. Hij is een harde werker en een betrokken clubman, maar geen hoogvlieger. Hij is degelijk, presteert naar zijn mogelijkheden, maar zijn trackrecord kent weinig uitschieters. Zeker als we meetellen dat De Goudse en andere sponsoren zelf het initiatief hebben genomen om Sparta (meer) te sponsoren.
De commerciële begroting van Sparta is zes miljoen euro, ongeveer de helft van de totale begroting. Een mooi bedrag, waar we alle kleinere en grotere sponsors dankbaar voor moeten zijn, maar ook een bedrag dat te laag is voor een club die hogerop wil en waar de seinen op groen staan om nu echt die stap omhoog te maken. Sparta is hot. Het ijzer is heet, de smid moet smeden.
Een subtopper in de eredivisie heeft een begroting van zeker 20 miljoen euro. Wil Sparta vaker op plek zes staan, moet de commerciële begroting van Sparta met minstens de helft groeien. Om dat te laten lukken, heeft Dave een mannetje of vrouwtje naast of boven zich nodig dat wel bij A-merken aanbelt. En een extra rijtje sponsorboxen bovenop het hoofdgebouw.
De sponsors staan niet vanzelf in drommen voor de deur van het Kasteel, maar als er ooit een grote vis of meerdere flinke vissen te vangen zijn, is het nu. Sparta moet nu gaan vissen.
En mocht Sparta beet hebben, heb ik één verzoekje: vraag die nieuwe sponsors of ze alsjeblieft hun Feyenoordvriendjes thuis laten als we weer eens een derby spelen.
PS: Deze column verscheen eerder in Kasteelnieuws, het magazine dat alle leden van Vereniging de Spartasupporter zes keer per jaar ontvangen. Voor zover dat nog nodig is: lid worden van de supportersvereniging kan hier.
