Er
is een theorie die zegt dat een mensenhart 2,2 miljard hartslagen mee gaat.
Mocht deze theorie de waarheid blijken, hebben we slecht nieuws voor alle
Spartanen die gisteren Sparta – Dordrecht gevolgd hebben: u sterft twee jaar
eerder.

Want
wat was het weer een typisch Spartaans potje voetbal. Bij Sparta gaat het nooit
normaal. Zeker niet tegen een op papier mindere tegenstander. Nooit 2-0 bij
rust, de 3-0 halverwege de tweede helft en dan de wedstrijd in het slot. Niets
van dat al. Bij Sparta is een wedstrijd geen wedstrijd als het resultaat niet
voor de poorten van de hel weg wordt gesleept.

Of
Dick Advocaat deze ijzeren wet negeerde of er domweg niet van op de hoogte was
weten we niet, maar de opdracht en opstelling waarmee hij Sparta het veld in
stuurde waren gebaseerd op de naïeve veronderstelling dat Sparta de wedstrijd
kon controleren. Kortsmit (geblesseerd) en Spierings bleven na hun Peppi en
Kokki-act van afgelopen donderdag aan de kant en ook Brogno ontbrak in de basis.
Met de verdedigend ingestelde Dougall op het middenveld koos Advocaat voor een
behoudende tactiek.

Die
tactiek kon binnen een half uur over boord. Sparta speelde niet behoudend, maar
ronduit apathisch. De wil om te voetballen ontbrak bij bijna alle spelers en
als de duels al werden aangegaan werden ze verloren. Of niet, Fred Friday? Dordrecht
hoefde amper aan te zetten om op een 0-2-voorsprong te komen. In de zevende
minuut mocht Breedijk ongehinderd opstomen. Hij legde af op Mahmudov die een
schot waagde dat via het been van Vriends langs de aan de grond genagelde
invaller-doelman Nienhuis tot doelpunt werd gepromoveerd. Het verplichte
tegendoelpunt van een oud-Spartaan kon worden afgestreept op de
Sparta-bingokaart.

Nog
schrijnender was de 0-2. Dordt pompte vanuit de verdediging een lange bal naar
voren. Nienhuis en Vriends stonden op de rand van het zestienmetergebied elkaar
in de weg. De twee verwarde mannen slaagden er niet in de bal weg te werken. Cijntje
profiteerde en Sparta was virtueel gedegradeerd. Als de geest van Bok de Korver
/ zich omdraait in zijn graf.

Dick
Advocaat greep niet veel later in. Dougall werd ten gunste van Verhaar naar de
kant gehaald. Zijn eerste wapenfeit was een vrije trap in het zijnet, vanuit
Spartaans oogpunt het hoogtepunt van de eerste helft. De naar behoren leidende
scheidsrechter Manschot floot voor de rust en de man van de muziek startte maar
weer eens ‘Don’t look back in anger’ van Oasis in. Werden wij hier mentaal voorbereid
op de naderende degradatie? Als de spelers niet gauw hun inspiratie en
overtuigingskracht terugvonden was dat een zeer reële angst.

De
tweede helft liet een beter Sparta zien. Sparta was wakker, koos de aanval en
leverde strijd. Logischerwijs koos Dordrecht daarop voor vertragingstechnieken.
Spelhervattingen werden langzaam uitgevoerd en meer dan eens voerden de
Dordtenaren scènes uit het bekende ballet ‘Het stervende schaap’ op. Sparta
koos er tot twee keer toe terecht voor de bal na een (geveinsde?) blessure niet
terug te geven aan Dordrecht. De belangen waren te groot voor beleefdheden, dan
maar geen sportiviteitsprijs.

Ondertussen
zocht Sparta steeds dringender het doel van de Dordtse goalie Janssen.
Aanvankelijk leidde dat, op een grote kans van Alhaft na, niet tot veel
gevaar. Oud-Spartaan Daniël Breedijk (was hij echt minder dan Fischer, Vriends
of Breuer?) werkte souverein de ballen weg.

Toen
kwam de 56e minuut. De later terecht tot man of the match uitgeroepen
Deroy Duarte bracht zich op aangeven van Friday in schietpositie. Zijn schot paste precies
tussen doelman Janssen en de paal en viel binnen. Het toch al zinderende
Kasteel ontplofte.

Niet
veel later bracht Advocaat Spierings voor Alhaft. Sparta kreeg nog meer grip
op de wedstrijd en bestookte het Dordtse doel met aanval na aanval. De grootste
kans kwam uit een schot van Spierings – nu wel op het goede doel – en de
rebound daarop die Mühren net niet genoeg onder controle kreeg om te scoren.

De
Spartaanse druk werd in de 77e minuut beloond met een tweede
doelpunt. Friday, die zijn belabberde eerste helft te boven was gekomen,
bereidde voor en Mühren frommelde, zittend op de grond en in tweede instantie,
de bal het doel in. Een Spartaanse oerkreet steeg boven het Kasteel uit. Bij
2-2 ging Sparta door naar de finale van de play-offs en was degradatie voor nu
afgewend.

Op
de tribunes pakten de Spartafans hun Sparta-bingokaart er weer bij om het
Oud-Spartaans billen knijpen af te strepen. Het dapper knokkende Dordrecht zette
een slotoffensief op en Mahmudov schoot net naast. Aan de andere kant van het
veld ontstond veel ruimte en kreeg Sparta kans-op-kans, maar Duarte, Friday en
Verhaar slaagden er niet in de derde Spartaanse treffer te maken. Verhaar kwam
met een schot op de paal nog het dichtst in de buurt.

Na het laatste fluitsignaal van arbiter Manschot ontsnapte
een zucht van verlichting het Kasteel. Sparta leeft nog en maakt kans op nog
een seizoen in de eredivisie. Iets wat ze in Enschede, Nijmegen en, naar later
op de avond bleek, Kerkrade niet kunnen zeggen. Nu al kunnen we zeggen dat de
Eerste Divisie komend seizoen ongekend zwaar zal zijn.

Donderdag en zondag telt tegen Emmen alleen het resultaat en
om een goed resultaat neer te zetten mag Sparta niet met de labbekakkerige instelling
van de eerste helft tegen Dordrecht spelen. Dan gaan we tegen Emmen geheid de boot in. Maar als Sparta strijdt, zoals in de tweede helft, is er van alles mogelijk. Over
een week weten we meer. Tot die tijd geldt dat we nog leven en daar zag het in
de rust van Sparta – Dordrecht niet naar uit.

Op naar Emmen!

Abonneer
Abonneren op
0 Reacties
Inline Feedback
Bekijk alle reacties